HET RAS

Newfoundlander, de Gentleman (-lady) onder de honden, met ogen die spreken van wilskracht, van moed, van zachtheid, zielsvolle ogen die spreken van een nobel karakter.

Mogelijke namen:

Newfoundlander, New Foundland, Newfoundland Dog, Terre Neuve,  Neufundländer

Afkomst:

Het eiland Newfoundland in Canada is de bakermat van de Newfoundlander. 

Later werd hij door de Engelsen naar hun land gehaald waar hij verder uitgroeide tot het hedendaagse hondenras.  

Uiterlijke kenmerken:

Het hoofd is massief.  De oren zijn betrekkelijk klein, driehoekig met afgeronde punten en liggen tegen de zijkant van het hoofd.  Het gebit is compleet, scharend of een tanggebit.  De ogen zijn in verhouding klein, staan iets verder uiteen.  Bij zwarte of bonte honden is de kleur van de ogen donkerbruin, bij bruine honden mogen ze lichter van kleur zijn.

Het lichaam is zwaargebouwd en krachtig maar compact.  Een brede, volle en diepe borstkas met goed gewelfde ribben.  De onderbelijning is zo goed als horizontaal, de buik niet opgetrokken.  De achterhand is zeer ontwikkeld, breed met een goede bespiering. De staart is vrij dik, stevig en breed aan de basis.  Hij reikt tot iets voorbij het spronggewricht.  In rust hangt deze omlaag met een kleine buiging aan het eind, bij opwinding gaat deze recht naar achter, in een licht opwaartse bocht.  De staart mag niet over de rug krullen.  Bijzonder aan het ras zijn de zwemvliezen tussen de tenen. 

De vacht is een vettige, waterafstotende, dubbele vacht.  De ondervacht is zacht en dicht en altijd aanwezig op borst en kruis.  De bovenvacht is tamelijk lang en sluik, soms met een lichte golving.  De haren op de oren, snuit en hoofd zijn kort.  De achterbenen zijn bevederd en de staart is bedekt met lang haar.  De vacht kan een zwarte, een wit-zwarte of een bruine kleur hebben.  Witte aftekening op de borst, tenen en staartpunt zijn toegestaan.  

Gemiddeld gewicht en grootte (schofthoogte):

Reu ongeveer 75 kg en 71 cm

Teef ongeveer 56 kg en 55 cm

Karaktereigenschappen:

De Newfoundlander is gevoelig, uitermate trouw, eerlijk, gehoorzaam, rustig en zacht.  Over het algemeen doet hij het uitstekend binnen een gezin.  Hij is verzot op kinderen doch is niet dol op chaos en geschreeuw.  Is het te druk, zoekt hij al snel een rustig plekje om te ontsnappen.  Door zijn dikke vacht heeft hij het vlug te warm.  Hij heeft daarom ook nood aan een koelere plek waar hij zich kan terugtrekken.  Hij heeft enorme behoefte aan sociaal contact en is daarom niet geschikt om zeer langdurig alleen te zijn. 

Hij bezit een diep reddingsinstinct en is (meestal) verzot op water.  Hij heeft bewegingsvrijheid en ruimte om zich heen nodig.

Het is geen waker, hij boezemt enkel ontzag in door zijn voorkomen.  Als hij vermoedt dat zijn baasjes in gevaar zijn, zal hij zich zeker laten horen en deze gaan verdedigen. 

Zijn opvoeding moet consequent zijn maar met het nodige geduld. 

Hij bereikt pas rond zijn tweede levensjaar zijn volledige volwassenheid.  Gemiddelde levensverwachting van een newfoundlander ligt rond de 10 jaar.